Tijdens de meest recente gebruikersbijeenkomst bij CRV hebben Joop Olieman en Huub Peek tijdens de gebruikersbijeenkomst van CRV een voorstel voor een aanpassing van de vruchtbaarheid fokwaarde ingediend en kunnen toelichten. Dit was mede naar aanleiding van de vorig jaar gepresenteerde uitslag van de 5-jaarlijkse fokdoel-enquête gehouden door CRV-stamboek. Hierin gaf een meerderheid van de melkveehouders aan dat ze meer nadruk op conceptie (Dracht% bij koe) en minder op Tussenkalftijd in het kengetal vruchtbaarheid wensen. Hiervoor hadden Joop en Huub een analyse gemaakt waaruit blijkt dat bij inweging van het kengetal ‘Dracht% koe’ (= internationaal Conception rate) de totale vruchtbaarheid ca. 20% beter correleert met levensduur dan de huidige fokwaarde.
Belang van vruchtbaarheid
De reproductieprestaties van koeien hebben een grote impact op de winstgevendheid van een melkveebedrijf. De winstgevendheid van elke koe gedurende haar leven is afhankelijk van herhaalde cycli van dracht, afkalven, productie en droogstand. Het optimaliseren van de vruchtbaarheid van een melkveestapel vereist uitstekend management in combinatie met goede genetische selectie; fokwaarden die de vruchtbaarheidsprestatie van de dochters van stieren weergeven zijn daarvoor goede hulpmiddelen, mits het getal weergeeft wat er bij wordt verwacht.
In het verleden werd de fokwaarde Vruchtbaarheid gebaseerd op Tussenkalftijd (TKT) en Non-return (NR); een combinatie van de gemiddelde lengte van de cyclus afkalven – afkalven en hoeveel inseminaties nodig waren voor de dracht. Sinds 2015 is NR vervangen door Interval eerste tot laatste inseminatie (IEL), wat dus niet gaat over het aantal inseminaties, maar over dagen nodig tot dracht vanaf de 1e inseminatie. Heel recent is de TKT vervangen door Interval afkalven tot 1e inseminatie (AIE) om beter aan te sluiten bij de internationale toepassing. Dit laatste geeft echter de ook wel genoemde ‘vrijwillige’ wachtperiode weer.
Veehouders maken immers steeds vaker op basis van de individuele prestatie een afweging wanneer ze een dier voor het eerst gaan insemineren. Steeds meer is de prestatie van het individuele dier bepalend wanneer ze voor het eerst geïnsemineerd wordt, mits het dier middels tocht aangeeft daarvoor klaar te zijn.
Het is wellicht daarom dat melkveehouders in de recentste fokdoel-enquête gehouden door het CRV-stamboek massaal aangaven dat ze meer nadruk op conceptie (dracht% bij koeien) in vruchtbaarheid wensen en minder op dagen TKT. CRV heeft echter aangegeven dat deze wijziging niet op korte termijn word toegepast, maar ‘wordt bestudeerd’. Uit onderzoek van de NVO blijkt, dat de huidige fokwaarde vruchtbaarheid zeer sterk met TKT correleert (0,94). Zij stelt als alternatief voor dat het inwegen van Dracht% bij koeien (Conceptie) samen met IEL een betere invulling aan deze wensen geeft.
Bijkomend voordeel is dat het fokken met deze aangepaste versie van vruchtbaarheid leidt tot een hogere levensduur (LVD)! De correlatie van vruchtbaarheid met LVD neem met 20% toe van 0,16 naar 0,20.
M84U-aanpassing
Zolang CRV de huidige fokwaarde vruchtbaarheid publiceert, toont het M84U-rapport binnenkort naast CCR (Cow Conception Rate, wat in Nederland ‘dracht% koe’ is) voortaan het kenmerk IAE (Interval afkalven – eerste inseminatie) in plaats van vruchtbaarheid algemeen.
Dit geeft u als veehouder bij selectie op vruchtbaarheid beter inzicht in hoe snel dieren ná afkalven klaar zijn voor inseminatie en hoeveel inseminaties nodig zijn om een dier drachtig te maken.
Tabel: als voorbeeld enkele hoog betrouwbare fokstieren. Met de ‘alternatieve fokwaarde’ zal zowel de fokwaarde vruchtbaarheid als ook de ranking van stieren veranderen. Stieren die ogenschijnlijk nu hetzelfde niveau brengen (104) blijken bij inweging van Dracht% koe tot wel 8 punten verschil te hebben, waardoor veehouders die selecteren op verbetering van vruchtbaarheid andere afwegingen zullen maken.
De ‘alternatieve’ fokwaarde vruchtbaarheid zal meer aansluiten bij de beleving in de praktijk.